Galerijflats uit de jaren zeventig zijn meestal uitgevoerd als een betonskelet, waaraan de galerij op consoles is ‘vastgeplakt’. Omdat de galerij buiten is, zal de woningtoegang ook hoger moeten liggen, zodat het water bij slagregen niet naar binnen loopt. Daarvoor is een hoogteverschil van 60 tot 70 mm vereist. Dat is hoger dan de 20 mm die een rolstoel kan overbruggen.
De breedte van de galerij is vaak beperkt: meestal blijft er 1,1 meter breedte over om te lopen. Dit is te weinig om met een rolstoel te kunnen omkeren of de bocht de woning in te kunnen maken. Voor het maken van een bocht bestaat een formule: de breedte van het loopvlak van de galerij plus de breedte van de voordeur moeten samen tenminste 2,35 m bedragen. Daarom wordt in deze oplossing voorgesteld de vloer van de galerij over gehele lengte te verhogen en een schuifpui te maken met een doorgangsmaat van 1,2 meter. Ook wordt de entreehal vergroot.